Met deze creatieve opdracht voor werkwoordspelling, kun je jouw leerlingen laten oefenen met het vervoegen van werkwoorden in de verleden tijd. Hieronder lees je hoe het werkt.
MATERIAAL:
* Blad met bloemen.
* Blad met bloemblaadjes.
* Eventueel het blad met de stampers.
OVERIG MATERIAAL:
* Schaar.
* Lijm.
* Kleurpotloden / stiften.
HOE WERKT HET?
Alle leerlingen krijgen een blad met bloemen en een blad met de bloemblaadjes. De bloemblaadjes worden ingekleurd en uitgeknipt. Deze worden vervolgens opgeplakt op de juiste bloem. Daarna wordt de rest van het blad gekleurd.
Je kunt er ook voor kiezen, als je bijvoorbeeld minder tijd hebt, om van te voren al de bloemblaadjes op gekleurd papier te printen. Hierbij kun je ervoor kiezen om dit op verschillende kleuren te doen en steeds een aantal bloemblaadjes van één kleur aan een leerling te geven. Ook zit er nog een blad bij met de stampers (binnenste van de bloem). Deze zou je ook al op geel papier kunnen printen. Deze hoeven dan enkel uitgeknipt en opgeplakt te worden.
Hebben jouw leerlingen meer uitdaging nodig? Laat ze dan zelf woorden bedenken! Gebruik hiervoor het blad met de lege bloemblaadjes.
Klik op de afbeelding hieronder om naar het product te gaan.
